Zaur Kourazov is een Belgische opkomende regisseur wonende in Gent. Zijn kortfilm `Time is` won de studentenprijs op Ji.hlava IDFF in Tsjechië, werd vertoond in het Louvre op het filmfestival Rencontres Internationales Paris/Berlin en strijdt nu mee voor een prijs op BEAST IFF in Porto. In `Time is` spreken een moeder en een dochter over de terugkeer van een kennis naar hun dorp in Tsjetsjenië.
Onze lezer is benieuwd naar wie je bent, Zaur.
"Ik ben Zaur Kourazov, een jonge filmregisseur afkomstig uit Grozny, opgegroeid in Oostende. Ik vind mezelf een mens tussenin alles. Tussenin de Tsjetsjeense cultuur en de Belgische cultuur. Dat is ook voornamelijk één van de inspiratiebronnen van mijn werk. Ik voel dat ik bij beide thuishoor en dat ik een wereldburger ben. Beweging is een onmisbaar deel van mijn leven. Verder haal ik veel warmte en verbondenheid uit relaties met familie en vrienden."
Welke gebeurtenis heeft de grootste impact op je leven gehad?
"Vluchten. Gelukkig heb ik ook nog heel aangename herinneringen aan Tsjetsjenië, ondanks de verwoesting tijdens de oorlog. Ik ontving veel liefde van mijn ouders en naasten in die moeilijke omstandigheden. Dat ben ik blijven vasthouden.
Het sentimentele heb ik toegeschreven aan de beige gebroken muren met kogelinslagen en de verbrande geuren. Mijn ouders hebben nog verlangens naar hun oude stad waarin zij zijn opgegroeid en ik heb nog steeds bijzondere herinneringen aan de verwoeste stad.
De grootste uitdaging in mijn leven is eerlijk zijn ten opzichte van mezelf. Accepteren dat er niet zoiets als een statische identiteit bestaat. Weten dat je continu in ontwikkeling bent."
Hoe ben je met film begonnen?
"Film is beweging, spel en ontdekking. Door mooie momenten te beleven en de drang te voelen om die vast te leggen. Daarom streef ik niet naar de commerciële, industriële cultuur maar naar echte auteursfilms.
Er is geen bepalend moment geweest maar het is allemaal in elkaar gevloeid. Het is zoals dat langzaam je smaak verandert en je voor lange tijd iets gaat appreciëren. Film is een passie van mij maar beginnen aan de studie audiovisuele kunsten - film aan het KASK was een wilde gok."
Hoe heb je je ontwikkeling als jonge filmregisseur beleefd?
"Mijn toelatingsproef was misschien te doordacht omdat ik bepaalde ideeën had van wat cinema inhield. Ik was meer bezig met wat van mij werd verwacht te maken dan mijn gevoel te volgen. Tijdens mijn studie veranderden die ideeën nadat ik mijn eerste jaar praktijk opnieuw moest doen. Dan heb ik gewoon dichter bij mezelf gekeken en films gemaakt die ik mooi vond.
Mijn academische opleiding heeft me daarbij geholpen. Vakken zoals kunstfilosofie, kunstgeschiedenis en psychologie van de waarneming vond ik heel interessant. Ik kan op mijn vingers tellen hoeveel lessen ik per jaar heb gemist.
Mijn eerste werk voor het grote publiek, Vranckx & de Nomaden, vond ik verschrikkelijk omdat er een format en kijkcijferverwachtingen waren. Maar dat is niet hoe ik functioneer. Volgens mij kan je die weerstand in de reportage voelen. Ik ben meer voor artisticiteit. Het was wel een zeer goede leerschool voor mij. Ik vind het belangrijk om ervaringsgewijs te vinden wat je niet ligt of wat bij jezelf wringt.
Ik maak films uit mijn gevoel en waar ikzelf affiniteit mee heb. Als dat de mensen raakt, is dat fantastisch."
"Film is inherent politiek, altijd in verhouding tot iets, maar moet daarom niet maatschappelijk relevant zijn. Ik vind dat je in alle vrijheid een werk moet kunnen maken."
‘Time is’ neigt naar het thema van ‘back to the roots’. Hoe is dat tot stand gekomen?
"Er kwamen veel tijd, ervaring en historisch denken bij te pas, en hoe herinneringen in film worden behandeld. Toen ik echter begon, wist ik niet echt wat ik aan het filmen was maar ik voelde het intuïtief aan. Wat me opviel, filmde ik. Zo hebben we de hele film gemaakt. Dan kwam het montageproces, met de hoop dat alles in elkaar zou vallen. Een grote hulp waren mijn mentoren Elias Grootaers en Martine Huvenne en medestudente Noemi Osselaer die ook haar masterfilm maakte.
Na achttien jaar ben ik opnieuw naar Tsjetsjenië gegaan. Eerst zonder camera om mezelf in die ruimtes te wanen. De twee vrouwen uit de film heb ik tijdens een huwelijk van familie ontmoet en de energie is blijven plakken.
Daar heb ik geleerd om mijn herinneringen los te laten maar heb ik ook ontdekt dat er een universeel verlangen naar herinneringen bestaat. Een gezamenlijke melancholische drang naar vroegere relaties, naar een verleden tijd, naar natuur of naar de smaak van oma’s gebakken brood. Heel alledaags, heel tastbaar.
Het samenzijn met de twee vrouwen voelde heel organisch aan. We hebben een maand samengeleefd. Ik heb er gewoon mijn camera neergezet en af en toe het narratief in samenspraak met hen gestuurd. Vragen rond het thema heersten in mij en ik vertaalde die naar mijn film."
`Time is` is sterk ontvangen. Had je dat verwacht?
"Ik kreeg veel steun van het KASK. Zij hebben me de mogelijkheid gegeven om de film te maken en mijn studie te vervolledigen. Ze organiseren elk jaar een vertoningsmoment in de Sphinx, wat een geweldig platform is. Het heeft ook een klein magazine over kunst waarin ik werd opgepikt.
Ik wilde een internationale première. Daarom heb ik mijn film bewust niet naar een Belgisch filmfestival gestuurd. Dat was een gigantisch risico maar uiteindelijk loonde het want ik had de wereldpremière op Ji.hlava International Documentary Film Festival. Daar won ik ook de studentenprijs, wat heel irreëel voelde. Hierdoor ging de bal aan het rollen zoals later het filmfestival Rencontres Internationales in het Louvre. Dat was indrukwekkend!"
Hoe zien je toekomstplannen eruit?
"Ik ben aan het denken om een webreeks over drie vrienden te maken over hoe zij zich tot het volwassen leven, hun toekomstdoelen, hun verleden en hun familie verhouden. Een beetje ‘leven zoals het is’ met een zekere komische existentiële toon. De grillen en de komedie van een cultuur of migratieachtergrond.
Het kan mij niet veel schelen of een film maatschappelijk relevant is. Film is inherent politiek, altijd in verhouding tot iets, maar moet daarom niet maatschappelijk relevant zijn. Ik vind dat je in alle vrijheid een werk moet kunnen maken. In tegenstelling tot de gigantische kapitalistische industriële machine wil ik films maken die heel intiem zijn maar hopelijk toch een publiek kunnen raken.
Ik hoop richting het leven te gaan waar ik veel kunst kan maken, voornamelijk film maar misschien later ook andere vormen van kunst. Ik ga voor mijn passie voor kunst en financiële onzekerheid zal ik er misschien bij moeten nemen. Winst kan ook emotioneel of inspirerend zijn.
Ik wil graag nog meer werken maken en op basis van de aard van het werk beslissen welke formaat het zal zijn. Kortom, ik wil blijven bewegen en films maken."
Om af te sluiten, je hebt ongetwijfeld filmvoorbeelden die je met onze lezer wil delen.
"Enkele filmvoorbeelden zijn Charles Burnett, een fascinerende en belangrijke filmmaker die voor Afro-Amerikanen veel heeft betekend en heel mooie cinema heeft gemaakt, met Killer of sheep. Verder ook Abbas Kiarostami, een Iraanse regisseur, met Close-Up en Bi Gan, een Chinese regisseur, met Kaili Blues.
Ik heb geen favoriete filmstroming maar ik verafschuw de meeste actie- en superheldenfilms. Genres beperken de ervaring bij films. Echte cinema heeft inherent speelsheid, herschikking en herdefiniëring van beeld en geluid, en dat is iets dat altijd in de ziel van een goede film zit."
Commentaires